FM ACADEMY 2013-2015
Omgeving
Landschap
Het landschap waarin iemand woont heeft mogelijk invloed op het gedrag. Een school die gesitueerd is in stedelijk gebied kan een lagere luchtkwaliteit met zich mee brengen vanwege verkeersdrukte. Daarbij is er vaak weinig parkeergelegenheid waardoor auto's bij het brengen en ophalen van kinderen vaak stationair blijven draaien langs de kant van de weg. Scholen die in een groenrijker landschap gehuisvest zijn stralen over het algemeen meer rust uit en beschikken vaker over een groter oppervlak voor het aanleggen van (parkeer)voorzieningen. Daarnaast is de luchtkwaliteit vaak beter in groene omgevingen wat een positief effect heeft op het gedrag en gezondheid van de mens. Bestemmingsplannen kunnen inzicht geven in de ontwikkeling van het landschap.
De omgeving waarin mensen opgroeien is voor velen verschillend. Mensen uit de Randstad zijn bijvoorbeeld directer en meer gehaast dan mensen buiten de Randstad waar het leven er veelal gemoedelijker en vriendelijker aan toe gaat. Wanneer dit bekend is, kan hierop ingespeeld worden door bijvoorbeeld omgangsvormen en huisregels op te stellen.
Schoolzones maken mensen zich ervan bewust dat zij het gedrag in het verkeer dienen aan te passen. Door het plaatsen van borden of markering in de schoolzonegebieden wordt de weggebruiker herinnerd aan het feit dat het rijgedrag aangepast dient te worden. Zo moet men de snelheid minderen en alert zijn op plotseling overstekenende kinderen. Het aanleggen van verkeersdrempels kan hier ook een rol in spelen. De gemeente is verantwoordelijk voor het aanleggen van deze voorzieningen. Schoolzones maken naast de weggebruikers tevens de schoolgaande kinderen en ouders er van bewust dat zij de school naderen. Hierdoor zullen ouders en kinderen ook hun gedrag aanpassen, door bijvoorbeeld bij het oversteken nog een keer extra te kijken.
De huisvesting die mensen onderdak biedt kan van invloed zijn op het gedrag. Denk aan de oppervlakte, kwaliteit, ligging etc. Personen die opgroeien in minder goede omstandigheden kunnen ander gedrag vertonen dan personen die in betere omstandigheden zijn grootgebracht. Indien een school een beeld heeft van hoe kinderen en ouders gehuisvest zijn kan de organisatie de kinderen en ouders doelgerichter benaderen (communiceren) om het gedrag dat zij vertonen te beïnvloeden.
Schoolzone
Huisvesting
GEOGRAFISCHE FACTOREN
Geografische factoren hebben te maken met het gebied waarin men opgroeit of woont. Is dit bijvoorbeeld een stedelijk gebied, waarin drukte en grote gebouwen als omgeving dienen of is dit juist een dorpachtig gebied waarin rust en kleinschalige gebouwen zich kenmerken. Het gedrag wordt hierdoor beïnvloed en heeft op iedereen een andere uitwerking.